Wordt donateur

Wordt donateur

Herplaatsbare fretten

Herplaatsbare fretten

Fret vermist

Fret vermist

Fret gevonden

Fret gevonden

Bemiddeling bij herplaatsing

Bemiddeling bij herplaatsomg

Een enkele keer komt een aangeboren hartaandoening voor bij de fret. Gelukkig is dat maar zelden. Een voorbeeld van een aangeboren hartaandoening bij de fret is een kleine gaatje in de wand tussen de beide hartkamers (VSD =Ventrikel septum defect).

Meestal is bij aangeboren hartaandoeningen een hartruisje hoorbaar. Nader onderzoek met behulp van een röntgenfoto, ECG (hartfilmpje) en vaak een hartecho geeft meer informatie over de ernst, prognose en eventuele behandeling van het hartprobleem.

Hartaandoeningen bij de oudere fret

Deze hartaandoeningen zijn globaal te verdelen in:

1.  DCM = Dilatoire Cardiomyopathie. Cardiomyopathie is Latijns voor hartspierziekte. Bij deze hartaandoening is de hartspier niet meer in staat om voldoende effectief te kunnen samentrekken. Het hart is als het ware uit gelubberd. De elasticiteit is eruit. Daardoor wordt het bloed niet goed genoeg rond gepompt met als gevolg dat er bloed (vocht) in de longen, rond de longen of in de buikholte kan achterblijven.
2.  HCM = Hypertrofische Cardiomyopathie. Hierbij is de hartspier naar binnen toe verdikt. Uiteindelijk is hierbij onvoldoende ruimte in het hart om het bloed effectief rond te pompen.

hartaandoening

Symptomen

Fretten die problemen krijgen met hun hart kunnen de volgende symptomen gaan vertonen:

  • Een verminderde activiteit kan een eerste symptoom zijn. Het fretje slaapt meer en is minder speels. Soms kan het fretje plots omvallen ten gevolge van een flauwte.
  • Sommige fretten eten slecht en verliezen gewicht.
  • Een te snelle, zware (pompende) ademhaling is soms aanwezig. Dit ontstaat door vochtstapeling in de longen.
  • Hoesten en/of benauwdheid kan ontstaan doordat zich nog meer vocht ophoopt in of rond de longen.
  • Een dikke buik met daarbij een toename in gewicht kan ontstaan indien er zich vocht ophoopt in de buikholte. De buik kan hierbij soms enorm in omvang toenemen.
  • Plotse sterfte is mogelijk zonder dat het dier veel symptomen liet zien. Hierbij is het dier in acuut hartfalen gekomen.
  • Een acuut optredende verlamming van de achterpoten of een enkele achterpoot kan ontstaan door een trombo-embolie. Bij hartpatiënten bestaat namelijk het risico op klontering van het bloed. Kleine stolsels kunnen vervolgens vastlopen in de nieren of de vertakkingen van de grote lichaamsslagader naar achteren.
    Oudere fretten kunnen na een operatie plots klachten krijgen van hun hart, meestal openbaart zich dit binnen een week na de operatie. Tot de operatie kon het zieke hart het vaak nog net “rond krijgen”. Na de operatie gaat het dan mis door de extra belasting van het hart en vaatstelsel tijdens de operatie.
    In de zomer, met warm weer, hebben hartpatiënten het vaak moeilijker en zijn de klachten meestal duidelijker.

Diagnose

De diagnose is niet altijd gemakkelijk te stellen. Het verschil met bijvoorbeeld een ernstige longontsteking kan erg lastig zijn. Fretten hebben lang niet altijd een hartruis. Vaak is wel een verhoogde hartslag aanwezig. Soms een afwijkend ritme. Er zal meestal een röntgenfoto van het fretje worden gemaakt . Op een röntgenfoto is het hartje bij DCM duidelijk vergroot, bij HCM heeft het hart een normale grootte. Een röntgenfoto is ook belangrijk voor het opsporen van vocht in of rond de longen of in de buikholte.
Indien er vocht rond de longen aanwezig is kan een punctie van de borstholte en onderzoek van het punctaatvocht ook een belangrijke aanwijzing zijn voor een hartprobleem. Dit kan doorslaggevend zijn om een ernstige longontsteking uit te sluiten.
Een hartfilmpje (ECG) geeft ook nadere informatie. De meest fretten laten het maken van een ECG goed toe.
Echocardiografie kan belangrijk zijn indien er twijfel is over het soort hartaandoening en de daarvoor te gebruiken medicatie. Een goede echo maken en juist interpreteren kan alleen door echte (dieren)cardiologen, met name zij die meer ervaring hebben met fretten hartjes.

Behandeling

Het is belangrijk om precies te weten welke hartaandoening het fretje heeft. Het maakt namelijk uit voor de behandeling. Sommige medicijnen mogen NIET gebruikt bij de ene maar moeten juist WEL gebruikt worden bij de andere hartaandoening.
De schade aan het hart is onomkeerbaar en medicatie is dan ook levenslang. De medicatie zal echter zeker in het begin maar ook later nog bijgesteld moeten worden naar de behoeften van het dier. Daarom is het erg belangrijk dat hartpatiënten regelmatig op controle komen om de medicatie steeds weer aan te passen aan huidige situatie. Hierbij wordt ook regelmatig bloed afgenomen om de nierfunctie en de elektrolyten huishouding in de gaten te houden.
De juiste behandeling van een hartprobleem bestaat uiteindelijk altijd uit een combinatie van meerdere medicijnen.

Prognose

Fretten reageren namelijk over het algemeen erg goed op de behandeling met de juiste medicijnen. Als de aandoening op tijd wordt onderkend kunnen fretten (met medicatie) nog gedurende enkele jaren een goed leven leiden.
Ernstig benauwde fretten kunnen na medicatie weer helemaal herstellen en zelfs fretten waarbij de achterpoten niet meer functioneren hebben hier gelukkig meestal maar tijdelijk last van en lopen binnen 2 weken weer.

Bron: Drs. Hanneke Roest, frettendierenarts, Frettenkliniek