Een nestje lijkt ontzettend leuk en dat kan het ook zijn. Maar een bevalling gaat niet altijd goed. Dit kan de ongeboren jongen en de moeder in gevaar brengen. Bovendien kost het verzorgen en opvoeden van de pups veel tijd en geld. En kun je de pups wel kwijt? Denk er dus goed over na voor je besluit te fokken!
Hoe bereid je je voor op een nestje?
- Lees voldoende informatie en raadpleeg mensen die al eens gefokt hebben.
- Zoek onverwante, gezonde dieren met een goed karakter, vooral het vrouwtje moet nu in topconditie zijn.
- Ga op zoek naar voldoende goede adressen voor de pups.
- Hou geld achter de hand voor onvoorziene kosten, zoals extra dierenartskosten. Zoek onverwante, gezonde dieren met een goed karakter, vooral het vrouwtje moet nu in topconditie zijn.
Voortplanting
De voortplanting van fretten berust op fotoperiodiciteit. Dat wil zeggen dat de lengte van het daglicht van invloed is op hun paarbereidheid. De paartijd van fretten valt tussen maart en augustus. Het rammetje (man) echter is vaak al in december bronstig. Het moertje (vrouw) wordt pas later loops. Het beste seizoen om te bevallen is in het voorjaar, want dan is er veel voedsel en is het warmer.
De loopsheid van een moertje eindigt pas als ze gedekt is, omdat de eisprong door de dekking wordt opgewekt. Als ze niet gedekt wordt, houdt de loopsheid dus wel tot de herfst aan. Omdat dit levensbedreigend kan zijn, moet een vrouwtje waar je niet mee fokt op tijd gecastreerd worden.
De dekking
Plaats de ram en het moertje voor de dekking samen in een kooi. Neem een niet al te ruime kooi, want rammen pakken moertjes bij de dekking stevig in het nekvel en slepen ze daarbij vaak door de kooi. Na elkaar een tijd te hebben besnuffeld, zal de ram proberen het moertje te dekken. Het moertje neemt, zeker in het begin van de paartijd, niet altijd genoegen met de eerste de beste ram. Keurt ze hem goed dan zal ze de dekking toelaten. Anders bijt ze fel van zich af. Grijp nooit in tijdens de dekking. Dat een vrouwtje piept is niet ongewoon. De dekking kan enige uren in beslag nemen. Je kunt deze het beste 's ochtends laten plaatsvinden en de dieren dan diezelfde dag 's avonds voor één noodzakelijke extra dekking nogmaals bijelkaar plaatsen.
De dracht
Na een geslaagde zwangerschap zal de zwelling van de vulva van het moertje weggaan. De draagtijd is 42 dagen. Het moertje zal meer gaan slapen en kan een hoge verzorgingdrang krijgen. Deze zwangerschapskenmerken treden overigens ook op bij schijnzwangerschap.
Zorg in deze periode voor extra voer van goede kwaliteit. Het is verstandig om het moertje ongeveer twee weken voor het eind van de dracht alleen in een kooi te plaatsen. Ze heeft namelijk behoefte aan een rustige nestplaats, waar zij enige tijd voor de bevalling naar op zoek zal gaan. Geef haar voldoende lappen voor de nestplaats.
De bevalling
De bevalling kan enkele uren duren. Het nest van een fret bestaat gemiddeld uit zeven jongen, maar dit kunnen er ook twee of tien zijn. De jongen worden blind en kaal geboren. Houd de bevalling van een afstandje in de gaten. Grijp niet onnodig in, want het moertje heeft in het begin niet graag anderen in de buurt van haar jongen; sommige doden de jongen zelfs bij verstoring.
De verzorging van het nest
Beperk de verzorging de eerste paar weken tot het schoonmaken van de kattenbak en het voorzichtig vervangen van de lappen. Pas daarbij op dat je het nest niet teveel verstoort. Het moertje verzorgt haar jongen in deze periode zelf: ze voedt ze, wast ze en houdt ze warm. Na een week of vier zullen de jongen zelfstandig proberen te eten. Het moertje zal je nu waarschijnlijk wel met haar pups vertrouwen. De pups die in het begin nog zo op elkaar leken, groeien langzamerhand uit tot zeer verschillende karaktervolle fretjes.
En na negen weken is het dan zover: ze kunnen naar hun nieuwe baasjes!